Heb je ooit iets bijzonders bereikt, maar voelde het alsof je het eigenlijk niet verdiende? Alsof je iedereen voor de gek hebt gehouden en mensen vroeg of laat zullen ontdekken dat je eigenlijk niets kunt? Dit gevoel staat ook wel bekend als het imposter syndroom, en het komt vaak voor. Ondanks dat de buitenwereld je prestaties ziet, overheerst van binnen de twijfel en de angst om door de mand te vallen. Hoe komt dit, en hoe ga je er mee om?
Het imposter syndroom ontstaat vaak door een combinatie van persoonlijkheid en de omgeving. Introverten en hoogbegaafden zijn vaak perfectionistisch, kunnen bang zijn om fouten te maken en vergelijken zichzelf snel met anderen. Als je dan ook nog hoge verwachtingen hebt—van jezelf of van anderen—voel je snel de druk om te presteren.
Imposter syndroom komt vaker voor bij mensen met een hoge intelligentie, omdat zij zich beter bewust zijn van wat ze niet weten. Dit maakt het moeilijker om hun eigen prestaties op waarde te schatten, waardoor ze zich vaak minder bekwaam voelen dan ze eigenlijk zijn.
Bewijzen
Het imposter syndroom kan veel problemen veroorzaken. Het zorgt vaak voor stress, spanning en zelfs uitputting. Mensen die hiermee worstelen, werken vaak te hard om te bewijzen dat ze goed genoeg zijn, of ze durven juist geen nieuwe kansen aan te grijpen, bang om te falen. Dit kan zich uiten in het niet durven praten tijdens vergaderingen, het vermijden van leidinggevende rollen, of het niet nastreven van promoties, ook al ben je daar zeker geschikt voor.
Maar het blijft niet bij werk. In je persoonlijke leven kunnen deze gevoelens ervoor zorgen dat je je afsluit van anderen. Je bent bang dat mensen zullen ontdekken dat je "niet goed genoeg" bent, en daardoor kun je steeds meer afstand nemen. Dit kan leiden tot een gevoel van eenzaamheid en gemiste verbinding met de mensen om je heen.
Leren
Gelukkig is er iets tegen het imposter syndroom te doen. De eerste stap is je bewust worden van je gevoelens. Veel succesvolle mensen ervaren dit, en het helpt om te weten dat je niet de enige bent.
Daarna kun je je gedachten proberen anders te formuleren. In plaats van te denken: “Ik had gewoon geluk,” kun je zeggen: “Ik heb hard gewerkt en dit succes verdiend.” Ook praten over je gevoelens kan helpen. Het delen van je ervaringen met een vriend, collega of coach kan je helpen inzien dat je niet alleen bent.
Een andere manier om ermee om te gaan, is door je te richten op leren in plaats van alles perfect te willen doen. Fouten maken hoort bij het proces en is geen teken van falen. Welk kind heeft immers leren lopen zonder eerst een paar keer te vallen?
Ook is het belangrijk om je successen te vieren, hoe klein ze ook zijn. We zijn vaak eerder geneigd te kijken naar wat er nog niet goed is, waardoor we te weinig oog hebben voor wat wel lukt. Door hier bewuster bij stil te staan, krijg je een realistischer beeld van wat je nu eigenlijk bereikt hebt.